Bio art boogt op een dertig jarige ervaring in het maken van bronzen dier sculpturen
(hoofdzakelijk miniaturen) volgens de "verloren was" methode.
Dit houdt in dat voor elk beeldje een origineel in was vervaardigd dient te worden.
Als dit is gedaan, worden de giettuut en ontluchtingskanalen aan het model
bevestigd, waarna het geheel in een gipslaag wordt "ingemanteld".
Als het gips is uitgehard dient het door en door droog te zijn voordat het negatief
van gips kan worden uitgestookt. Daartoe wordt het met was gevulde negatief
ondersteboven in een oven geplaatst waardoor de gipsmantel (het negatief) wordt
droog gestookt en de dan vloeibaar geworden was uit het negatief verwijderd wordt.
Voor het gieten van brons wordt het basis materiaal ("broodjes" brons) gesmolten
en verhit tot ongeveer 1000 ° C.
Het vloeibare brons wordt vervolgens via de gietspruit in de gipsen mal gegoten
totdat er brons uit de ontluchtingskanalen verschijnt, ten teken dat de gehele
negatiefholte gevuld is.
Het gietstuk dient dan (ter voorkoming van spanningen in het brons) rustig
gedurende ongeveer 24 uur, af te koelen, waarna de gipsvorm wordt stuk geslagen
en het ruwe gietstuk vrij komt. Gietspruit en ontluchtingskanalen worden verwijderd
en eventueel aanwezige gietgallen of oneffenheden met een lasapparaat hersteld.
Met freesmachine, vijlen, koud beitel en slijpsteentjes wordt het beeldje
geretoucheerd en zo nodig gepolijst om een glad oppervlak te verkrijgen.
Indien een bepaalde patina gewenst is kan het beeld daarna worden verhit met een
reducerende vlam (met weinig zuurstof) en ingesmeerd met een oplossing van
bronspoeder in zwavelzuur. Dit mengsel droogt onmiddellijk op het oppervlak en
geeft het (met een groengrijze tint) een ouder aanzien.
Het nog warme sculptuur wordt daarna met een in was gedrenkte doek opgewreven
en kan na afkoeling nog wat na gepoetst worden waardoor op de hoger liggende delen
de patina deels wordt weg gepoetst en z.g. "hooglichtjes" ontstaan waar de
bronskleur zichtbaar is geworden.